Ramon en Higini Cierco ("the Cierco Brothers") verlangen intrekking door FinCEN van onjuiste kennisgeving aan Grupo Banca Privada d'Andorra ("BPA Group")
Recente rechtszaak door de Amerikaanse Federale rechtbank zorgt voor vraagtekens bij de bevoegdheden van de FinCEN, en aanstaande regelgeving BPA.
WASHINGTON, 7 september 2015 /PRNewswire/ -- Ramon en Higini Cierco, de niet-uitvoerende gezamenlijke voorzitters van de Grupo Banca Privada d'Andorra en controlerende aandeelhouders in de BPA Group, vragen FinCEN haar kennisgeving van constateringen d.d. 6 maart 2015 in te trekken, en te overwegen of enige actie, of een andere actie, is vereist in het licht van bijkomende ontwikkelingen die de context en bewijsbasis van de eerdere kennisgeving, op basis van de uitspraak van rechter Cooper van de United States District Court in de District of Columbia op 27 augustus 2015 in de zaak van de FBME Bank Ltd. v Lew, Case No. 15-cv 01270 (CRC), volledig hebben gewijzigd.
Eric Lewis, internationaal juridisch coördinator voor de Cierco Brothers zei, "Deze kennisgeving moet ingetrokken worden omdat de Amerikaanse rechtbank heeft geoordeeld dat FinCEN de eisen van de Administrative Procedure Act ('APA') niet heeft nageleefd, op twee materiële vlakken. Dezelfde wettelijke grondslagen dicteren hierbij de intrekking van de kennisgeving". Rechter Cooper oordeelde dat FinCEN had nagelaten alle publiek informatie vrij te geven waarop het haar definitieve uitspraak dat FBME een organisatie is met "als hoofdbelang het witwassen van geld" had gebaseerd, en ten tweede, dat FinCEN niet had uitgelegd waarom er geen potentieel haalbare maar minder drastische alternatieve straffen waren opgelegd, in plaats van de vijfde speciale maatregel, waardoor het nationale financiële organisaties verboden wordt om corresponderende bankrekeningen te hebben bij de FBME. De toepassing van de vijfde speciale maatregel zorgt in de praktijk voor de sluiting van een internationale bank.
De kennisgeving van constateringen van FinCEN tegen de FBME bevatte specifieke bevindingen aangaande witwasactiviteiten die veel wijdverbreider waren en veel meer ongerustheid over de nationale veiligheid opriepen dan de specifieke bevindingen in de kennisgeving aangaande de BPA, inclusief steun aan oprichters van Hezbollah en Syrische verspreiders van massavernietigingswapens. En het dossier over de FBME doet vermoeden dat deze schendingen niet gerapporteerd waren door de FBME zelf, maar dat zij door de overheid door middel van geheime onderzoeken zijn achterhaald.
Dhr. Lewis zei, "De positie van BPA is volkomen anders omdat de drie belangrijkste punten die door FinCEN worden genoemd in de kennisgeving voor voorgestelde regelgeving, een jaar vóór de uitgifte van de kennisgeving werden gemeld door BPA aan de Andorrese toezichthouder. BPA schreef aan de belangrijkste toezichthouder (dezelfde persoon die eerder als belangrijkste toezichthouder het nalevingsbeleid van BPA goedkeurde) over deze "reputatie risicorekeningen" en verwees deze door voor onderzoek. Deze zaken waren allen onderwerp van ingrijpen door de overheid waarbij BPA haar volledige medewerking gaf.
De Andorrese toezichthouders hadden nagelaten FinCEN te informeren dat BPA deze zaken vrijwillig heeft gerapporteerd, lang vóór de uitgifte van de kennisgeving van voorgestelde regelgeving. Dit maakte deel uit van een patroon van roekeloze wanprestaties en gebrek aan respons van de Andorrese toezichthouders, naar aanleiding waarvan, volgens Dhr. Anton Smith van de Amerikaanse ambassade in Spanje, FinCEN een Kennisgeving Onderdeel 311 'afhamerde' en overging tot instelling van de strengst mogelijke sancties, de vijfde maatregel, tegen BPA.
Dhr. Lewis zei, "BPA blijft een onteigende bank, die de autoriteiten in Andorra van plan zijn te verwijderen op een wijze die weinig transparant is, zal zorgen voor een waardeverlies van honderden miljoenen euro's, voor verliezen bij duizenden onschuldige spaarders, en het verlies van honderden banen. Het is daarom van essentieel belang dat FinCEN verantwoordelijke stappen zal ondernemen om de keten van onrecht te stoppen die Andorra heeft gestart met haar wanbeleid, en waarvoor de Ciercos de prijs betalen, zowel financieel als met hun reputatie."
Het opleggen van de zwaarste sanctie, de vijfde maatregel, wordt geheel niet uitgelegd, en lijkt ook geheel niet ondersteund te worden door bewijs of precedent. Zoals in de commentaren van de Ciercos wordt opgemerkt, zijn de acties van de Raad van Bestuur van BPA, doordat zij vrijwillig een Europees regelstelsel opzoeken met hun uitbreiding naar Spanje, in haar gebruik van en responsiviteit richting haar toezichthouders, in de gestage groei in vermogensbeheeractiviteiten in met name Spanje, indicatief voor een verantwoordelijk en transparant instituut, en niet een instituut dat schemerige of onbehoorlijke bedrijfsactiviteiten nastreeft. De Andorrese toezichthouders waren ondubbelzinnig in het opmerken van de proactieve aanpak van BPA en het hoofd van de Andorran Financial Intelligence Unit, Carles Fiñana Pifarré, bevestigde dit in zijn meest recente certificering, waarin staat dat "[BPA] de juridische grondregels in de [Andorrese AML] wetgeving volledig naleeft, waarbij het ook onderwerp is geweest van opeenvolgende externe audits, waarin niet alleen het voornoemde wordt gecertificeerd, maar ook het feit dat het de benodigde mechanismen voor training en preventie heeft. Ik kan daarnaast bevestigen dat in de afgelopen drie jaar BANCA PRIVADA D'ANDORRA S.A. geen onderwerp is geweest van corrigerende acties of strafmaatregelen inzake witwassen en financiering van terroristische activiteiten."
Dhr. Lewis concludeerde, "FinCEN zou, in plaats van tijd en moeite te besteden aan het inbrengen van een kennisgeving die is gebaseerd op foutieve en onnauwkeurige veronderstellingen, tenminste de kennisgeving moeten intrekken, om vervolgens een gewijzigde kennisgeving uit te geven die voldoet aan de eisen die uiteen zijn gezet door rechter Cooper onder de APA."
Het gebrek aan respons door Andorra heeft een situatie bespoedigd die zowel ongemakkelijk is voor FinCEN alsmede onrechtvaardig voor de Ciercos en andere belanghebbenden in de BPA. De situatie kan en moet gecorrigeerd worden voordat meer tijd of middelen worden besteed aan een volledig foutieve regulering.
Sphere Consulting vertegenwoordigt in deze zaak de Cierco Brothers.
WANT YOUR COMPANY'S NEWS FEATURED ON PRNEWSWIRE.COM?
Newsrooms &
Influencers
Digital Media
Outlets
Journalists
Opted In
Share this article